Tijdlijn van het landgoed

1768 - 1816

Carel Otto van Kesteren

Schepper in de wildernis
De Arnhemse aannemer en vastgoedhandelaar Carel Otto van Kesteren kocht zes boerenerven, op en rond de plek waar nu Landgoed Laag Soeren ligt. Het was grotendeels 'woeste grond' en Carel Otto ging voortvarend te werk. Hij trok wallen op om zandverstuiving tegen te gaan, maakte bos van heidelandschap, bouwde een riant buitenhuis en groef 'sprengen' als watertoevoer voor zijn landgoed en (later) drie papiermolens.

Kaart uit 1785 met zandverstuivingen die Van Kesteren probeerde te beteugelen.

De rigoreuze werkwijze van Van Kesteren leidde regelmatig tot conflict met omwonenden en bestuurders. Maar de door hem geïntroduceerde papiernijverheid zette Laag-Soeren wel 'op de kaart'. In 1808 telde het dorp 25 genummerde huizen, veelal bewoond door meerdere huishoudens.

Van Kesteren overleed in 1809 en in 1816 kwam zijn landgoed in de openbare verkoop.
1850 - 1890

Pieter Jut van Breukelerwaard

Bethesda, heilboodschap van watergeneeskunde
Het landgoed en de papiermolens wisselden na het overlijden van Van Kesteren enkele keren van pachter en eigenaar. In 1850 neemt Pieter Jut van Breukelerwaard zijn intrek. Geplaagd door jicht kwam hij in Duitsland in contact met natuurgenezer Vincenz Priessnitz. Die verhielp zijn kwalen met koudwater-baden, waarna Van Breukelerwaard deze hydrotherapie ging propageren. Hij kocht het landgoed in Laag-Soeren en stichtte er zijn Badhuis Bethesda. 

Met het bronwater uit de sprengen wilde Van Breukelerwaard zijn zieke medemens (en met name mindergefortuneerden) de gelegenheid geven om een genezende koudwaterkuur te ondergaan. Het benodigde water bracht hij met een 1365 meter lange pijp van de sprengen naar het landgoed.

De alternatieve aard van Jut's watertherapie (aanvankelijk zonder erkend medicus) viel niet in goede aarde bij de autoriteiten en zijn droom liep vertraging op. Het duurde nog zeker 15 jaar voordat de eerste patiënten werden behandeld en het landgoed raakte in de tussentijd in verval.

Pas na de dood van Van Breukelerwaard in 1874 raakte het kuuroord echt in trek en kreeg het landgoed een royale opknapbeurt. Er werd een nieuwe vleugel met gastenvertrekken bijgebouwd en het omliggende park werd verfraaid.

Omslag van een brochure voor het badhuis uit 1878, met boven het badhuis en daaronder 'Hotel Laag-Soeren', de voormalige woningvan Jut.

1900 - 1942

Sanatorium Laag-Soeren

Van tafelzilver tot bezetting
Ondanks Jut’s nobele doelstelling om het badhuis toegankelijk te maken voor minderbedeelden, betaalde men rond 1900 het equivalent van een arbeiders-jaarsalaris voor een zesweekse kuur.

Gasten van het kuuroord in de tuin voor de entree.
Rond 1900.

Ondanks Jut’s nobele doelstelling om het badhuis toegankelijk te maken voor minderbedeelden, betaalde men rond 1900 het equivalent van een arbeiders-jaarsalaris voor een zesweekse kuur.

Het kuuroord was dan ook winstgevend geworden en trok in de eerste jaren van de 20e eeuw volop klandizie. Het badhuis werd wederom uitgebreid, maar na de Eerste Wereldoorlog namen de bezoekersaantallen toch af. Er kwam meer 'concurrentie' in de vorm van verzorgings- en ziekenhuizen en medische inzichten veranderden.

Aanvankelijk verkocht men zo nu en dan wat tafelzilver om de exploitatie van het badhuis te dekken, maar in 1935 werd het gehele kuuroord te koop aangeboden.

De Twentse ondernemer Spiele kocht het landgoed. Hij zette het kuuroord, gemoderniseerd, voort en richtte zich op exclusieve klandizie.  Na een kortstondige opbloei, zelfs nog in de eerste oorlogsjaren, werd het Sanatorium Laag-Soeren in juni 1942 door de Duitse bezetter geconfiskeerd.
1942 - 1945

Oorlogsjaren

Erhohlungsheim van de Waffen-SS
SS-soldaten namen bezit van de gebouwen, schermde het terrein af met militaire wachtposten en dwongen het personeel te blijven. Het landgoed werd ingezet voor de revalidatie van Oostfrontstrijders. De bezetters groeven ondergrondse opslagplaatsen en een buitenbad. In het aangrenzende bos begonnen ze met de bouw van een turnhal en sportvelden.

Op 17 september 1944, het begin van de Slag om Arnhem, vertrokken de Duitsers in allerijl. Maar het was van korte duur. Na enige tijd kwamen de soldaten terug en werden er wederom oorlogsslachtoffers opgevangen, verpleegd en zelfs begraven op het landgoed.

De eerste Canadese patrouille reed op 15 april 1945 Laag-Soeren binnen; het Loyal Edminton Regiment. Kort daarop vestigde het Brits 95 Company Pioneer Corps zich op het landgoed. De verhalen over de bevrijdingsfeesten zijn legendarisch. 

21 mei 1945: het Victory Ball van het Brits 95 Company Pioneer Corps op Landgoed Laag Soeren.

1946 - 1980

Vakantieoord Amsterda

Lusthof van de Amsterdamsche Bank
Begin 1946 werd het landgoed door de militaire autoriteiten vrijgegeven en in 1947 omgedoopt tot Amsterda; vakantieoord voor het personeel van de Amsterdamsche Bank, compleet met eigen lied:

. . .
Ver weg van stadsgedruis,
zo rustig en mooi,
in bos-en lommertooi,
daar staat ons zomerhuis:
verrukkelijk, ongestoord, vakantieoord.
. . .

Bij gebrek aan vakantiebestemmingen in de naoorlogse jaren was het dringen geblazen. Niet in de laatste plaats door de geringe kosten: bankmedewerkers met een salaris tot 2.500 gulden, betaalden slechts 80 voor een all-inclusive verblijf van twee weken, met gezin en al.

Aanvankelijk was men nog wel wat huiverig om het buitenbad van de Duitsers te renoveren (het was immers oorlogsbuit), maar nadien bleek het een heuse publiekstrekker. Vanaf het Amsterdamse Rembrandtsplein vertrokken met regelmaat bussen vol bankemployees en familieleden naar Laag-Soeren. 

Het buitenbad van vakantieoord Amsterda: een heuse publiekstrekker.

In oktober 1956 is het landgoed tijdelijk als opvang ingezet voor Hongaarse vluchtelingen, toen de volksopstand tegen het communisme de kop werd ingedrukt door de Russen.
1980 - 2000

Soeria Spiritueel Centrum

Transcendente meditatie met de Maharishi
In 1980 besloot de bank, inmiddels omgedoopt tot AMRO-bank, om het vakantieoord te verkopen. De nieuwe eigenaar werd de Stichting Onderwijs Wetenschap der Creatieve Intelligentie, in het leven geroepen door aanhangers van de Maharishi Mahesh Yogi. De Maharishi was een succesvolle Indiase goeroe en het landgoed werd ontmoetingspunt en trainingslocatie voor transcendente meditatie onder de naam Soeria

Op de meditatiecursussen kwamen honderden, soms wel duizenden tegelijk af. Er werd overnacht in slaapzalen of gekampeerd in de tuin.

Hoogtepunt voor velen, was het bezoek van de Maharishi zelf, in oktober 1983. De aanhangers werden in grote tenten opgevangen en konden met videoverbinding meekijken, terwijl de goeroe audiëntie hield.

Drukte bij Soeria; centrum voor transcedente meditatie.

Halverwege de jaren 90 waren er plannen om het Spiritueel Centrum ingrijpend te moderniseren. Dat bleek echter op gespannen voet met bestemmingsplannen. Rond de eeuwwisseling verkocht de stichting het verwaarloosde landgoed aan een projectontwikkelaar.
2001 - heden

Renovatie van een Rijksmonument

Genieten in het groen
Met de start van een nieuw millennium werd het landgoed tot beschermd dorpsgezicht verklaard en de meeste gebouwen tot Rijksmonument. Projectontwikkelaar Soquioa renoveerde de panden tussen 2002 en 2006 en vormde ze om tot luxe appartementen. In 2008 realiseerde de ontwikkelaar ook een compleet nieuw gebouw met ondergrondse parkeerplaatsen. 

Schets voor renovatie- en nieuwbouwplannen.

In totaal telt het landgoed nu 50 appartementen, verdeeld over de verschillende gebouwen, die allemaal met een eigen letter worden aangeduid. Aanvankelijk was het complex bedoeld voor hulpbehoevende senioren. Daarom was er in de plannen ook een dokterskamer opgenomen en zelfs een slaapvertrek voor eventuele verpleging.

Maar het liep anders dan verwacht... In plaats van hulpbehoevenden, trok het complex juist een actief slag mensen aan; kwieke natuurfreaks, ondernemende cultuurliefhebbers en fitte vutters. De geplande dokterskamer is nu dus een bibliotheek en de slaapkamer is er voor logees.

De fraai onderhouden parktuin met wandelpaden, terrassen en bankjes wordt met regelmaat bezocht door reeën, herten, dassen, uilen, zwijnen en marters. Achter het koetshuis is een kas gebouwd, waar bewoners (en de chef) eigen groenten kweken. In de opslagkelders, die tijdens de bezetting werden gegraven, huizen nu verschillende soorten vleermuizen, sommige zeer zeldzaam.
In de conversatiezaal van het oude kuuroord is nu een bewonerslounge met restaurant gevestigd. En in de voormalige badvleugel vind je een zwembad, sauna en fitnessruimte. Er worden veel gezamenlijke activiteiten georganiseerd en de liefde voor de natuur, op en rond het landgoed, bindt de bewoners. De bewoners genieten hier met volle teugen, net als de kuur- en badgasten van vele jaren geleden.

Meer lezen?

Bovenstaande informatie is grotendeels afkomstig uit 'De vele levens van het voormalig Kuuroord Laag-Soeren', de geschiedenis van ons landgoed in boekvorm.
Nu verkrijgbaar voor slechts €10.
Stuur een bericht